Op 29 augustus bezocht Ruud (‘Achternaam doet er niet toe’) Sterksel. Met een zelfgemaakte, lichtgewicht woonwagen, voortgetrokken door ezel Bella, bezoekt hij heel Nederland en de grensstreek van België en Duitsland. ‘In Limburg kom ik wat minder, want heuvelachtig gebied is te zwaar trekken voor Bella.’


‘Ik rijd zo maar een beetje in het wilde weg. We zien wel waar de wind ons brengt. ’s Morgens weet ik vaak niet waar ik ’s avonds zal zijn. Ik reis op kompas. Vroeger heb ik nog gevaren, dus ik weet wel hoe zo’n ding werkt.  



‘Vannacht kreeg ik bezoek van de politie. Dat gebeurt heel vaak. De agenten vonden dat Truus, mijn kip, eigenlijk ’s nachts op een stok moest zitten. Daar ben ik het niet mee eens, want Truus zit goed. Ze is kerngezond en ze zit heus niet, net als veel andere kippen, de hele dag in een kooitje. Een aantal uren per dag mag ze rondlopen. En omdat ik haar zo goed verzorg, beloont ze me elke dag met een vers eitje.‘

‘Soms is de politie erg lastig en een enkele keer moet ik midden in de nacht, als het pikdonder is, inspannen en een andere plaats zoeken. Dat zorgt voor levensgevaarlijke situaties. De meeste agenten en boa’s (die zijn wat moeilijker dan agenten), zijn redelijk en ze vinden het gezellig om een praatje te maken. Zo ook die van vannacht.

Vaak krijgt de politie een melding en dan moeten ze even komen. Het is wel eens gebeurd dat ze een melding kregen via Meld misdaad anoniem. Te gek voor woorden. Als ze komen en ze zien hoe goed onze 23-jarige Bella er op deze leeftijd uitziet, zien ze wel dat ze het bij mij heel goed heeft. Ik heb haar op 10-jarige leeftijd in Duitsland gekocht. Met haar glanzende vacht lijkt ze minstens de helft jonger dan ze is.’

‘Na tweeëntwintig jaar op een middelbare school te hebben gewerkt, ben ik zo’n dertien jaar geleden met rondreizen begonnen. Ik wilde dat al wel vijftig jaar, maar er moest gewerkt worden. Na mijn pensionering, ik ben nu zevenenzeventig, kreeg ik de gelegenheid.



Ik wil dit blijven doen, zolang als ik kan. Ik moet natuurlijk nog wel op de kar kunnen blijven springen. En in verband met de veiligheid, moet ik er heel vlug weer af kunnen. Het is belangrijk dat je in bepaalde situaties heel snel bij het hoofd van het paard bent.’

‘Ik heb ook een draaiorgeltje. Als je met de huifkar in de stad in een winkelstraat staat, of op een dorpspleintje en orgelmuziek maakt, heb je zo een hoop volk om je heen. Voor kinderen en volwassenen is dat genieten. En voor mij ook. Ik vind dat echt geweldige momenten. Mensen blij maken, dat is toch mooi? En als Bella mooi is opgesierd met al die belletjes, is het voor kinderen een heus sprookje. Weet je trouwens wat kinderen meestal eerst vragen?’ Nee ‘Waar is de wc?’

Doe je nog iets speciaals om gezond te blijven? ‘Ja, ik loop veel mee. Als je de hele dag blijft zitten, word je zo stijf als een hout.’  

Van mei tot en met oktober reis je rond met de huifkar. En de rest van het jaar? ‘Dan woon ik in een zomerhuisje in Oisterwijk.’




Latcho Drom
Achter op de huifkar staat Latcho Drom. Wat betekent dat? ‘Dat is zigeunertaal. Als zigeuners vertrekken, nemen ze geen afscheid. Afscheid nemen doe je als je dood gaat. Latcho drom betekent in de zigeunertaal Romani 'behouden reis'.

En dat wensen wij Ruud.